José Mourinho mag zich al een beetje de koning van het Spaanse voetbal voelen. De ploeg van de Portugees is tenminste voor de komende twee dagen de koploper in de Primera Division omdat Real Madrid met 4-1 won bij Malaga.
Door de nederlaag van Valencia bij Barcelona lag de weg voor de Koninklijke open om de eerste plaats over te nemen. Real speelde een degelijke wedstrijd bij Malaga, maar was wel een maat te groot. Het verschil werd eigenlijk in de eerste helft gemaakt door doelpunten van Gonzalo Higuain en Cristiano Ronaldo. Een penalty, die door de Portugees werd benut, brak daarna de wedstrijd. Real zag alleen Kris Stadsgaard tegen scoren, maar Higuain zorgde met een vierde goal voor de definitieve beslissing. Real speelt wel degelijk maar heeft in de laatste twee duels tenminste tien keer gescoord. Daarmee is de kritiek op de ploeg die te weinig zou scoren gesmoord.