De uitschakeling van PSV in de UEFA Cup door Fiorentina heeft een einde gemaakt aan een rampjaar voor het Nederlandse clubvoetbal in Europa. Het begon dramatisch en zelfs PSV kon het tij niet keren na een val van het hoogste podium.
Voetbalanalisten zullen het volgende rijtje opdreunen: Hammarby, Slavia Praag, Dynamo Zagreb, Helsingborgs, Getafe, Fiorentina, FC Nürnberg, Everton en weer Fiorentina.
Het zijn de clubs die de Nederlandse inbreng in Europa op fatale wijze dwars zat. Het rijtje met door Nederlandse clubs uitgeschakelde ploegen is een stuk korter: Paços de Ferreira, CSKA Moskou, Helsingborgs en Tottenham Hotspur. De laatste drie clubs werden door de landskampioen PSV verslagen en de eerste door AZ.
Het is een ontnuchterende balans en we moeten maar hopen dat het een eenmalige kwestie is. Alle Nederlandse clubs verloren terrein en speelden een niveau dan twee jaar geleden. In 2005 waren er vijf clubs die overwinterden, waarvan een in de halve finale. Een dergelijke balans was misschien net zo’n positieve uitzondering als de huidige in negatieve zin is.
De terugval van AZ verklaart niet alles. Ajax bleek gewoon te licht voor de subtop van Europa en moet duidelijk een inhaalslag maken (en dan niet alle internationals kwijt raken, want dat is dweilen met de kraan open). FC Groningen en FC Twente hadden pech met de loting en hebben het achteraf uitstekend gedaan. FC Utrecht en Heerenveen hebben zich laten verrassen door Zweedse tegenstanders.
De nederlaag van PSV tegen Fiorentina geeft wel te denken. PSV is duidelijk de beste club in Nederland en kan zelfs in chaotisch tussenjaar (drie trainers in één seizoen) de status van koploper volhouden. Toch moet het zorgen baren dat de club thuis twee keer kansloos verloor van een Italiaanse tegenstander en van de zes wedstrijden voor de trouwe aanhang er slechts twee wist te winnen.
Tegen CSKA Moskou was eigenlijk sprake van een mirakel en tegen Helsingborgs hielp de scheidsrechter een handje door een fopduik van Lazovic vroeg in de wedstrijd met een strafschop te belonen. PSV is in twee jaar tijd weggezakt uit de top van het Europese voetbal en handhaaft zich (soms knap) met een speelwijze die niet bekoort. Het totale gebrek aan overtuiging in de thuiswedstrijden tegen Tottenham Hotspur en Fiorentina deed pijn aan de ogen.
Alleen Gomes heeft PSV er tegen de Spurs doorheen gesleept. En toch speelde PSV in Londen een van zijn fijnste wedstrijden van dit seizoen. In voetbaljargon wordt dan vaak gebezigd dat ‘dit het normale niveau van PSV is’. Maar dat normale niveau openbaarde zich tegen Fenerbahçe, Inter en Fiorentina.
Het moge duidelijk zijn dat als PSV (en Nederland) niet de aansluiting met de Europese top wil verliezen dat de club zich nu moet versterken met een echte spits van internationaal kaliber en vooral ook een extra middenvelder, die Simons en Mendez kan aanvullen.
Met de extra inkomsten uit de Champions League van de afgelopen jaren en de afkoopsom voor Koeman moet dat een niet al te groot probleem zijn voor Stan Valckx en Jan Reker. PSV heeft voldoende talent in huis en kan op basis daarvan in Nederland boven blijven drijven, maar het gaat om dat kleine beetje extra dat nodig is om in Europa stand te houden.
Fiorentina, vooral toch een club die normaal gesproken in de afgelopen drie seizoenen telkens voor de Champions League had geplaatst zonder puntenaftrek, was een maatje te groot. Laat dit een wijze les zijn voor de beleidsbepalers bij PSV. De club wordt weer kampioen maar het houdt allemaal niet over en PSV moet geen Anderlecht worden, dat vooral voor spek en bonen meedoet.
Jurriaan van Wessem
