Olympique Marseille heeft vanavond voor de eerste keer de Coupe de la Ligue gewonnen. Het is tevens de eerste hoofdprijs voor de club sinds het winnen van de Champions League in 1993. Marseille onttroonde Bordeaux met een 3-1-zege.
Marseille nam pas in de tweede helft afstand van Bordeaux na een eerste helft waarin het spel vooral hard was. Na rust zorgde invaller Valbuena voor het verschil. Diawara, die vorig jaar nog bij Bordeaux speelde, opende de score met een kopbal uit een hoekschop op de manier waarop Basile Boli de CL-finale van 1993 besliste. De treffer in de 61e minuut brak de wedstrijd open. Zeven minuten later zorgde Valbuena na een mooie voorbereidende actie van Ben Arfa met een strak schot voor de beslissing.
De wedstrijd leek na de treffer beslist. Laurent Blanc dacht meteen aan de kwartfinale in de Champions League tegen Lyon en haalde de sterspelers Chamakh en Gourcuff van het veld. Een eigen doelpunt van Chalmé zorgde voor de ontlading in de 77e minuut. Uiteindelijk scoorde Sané met een kopbal nog tegen, maar het feest was in Marseille al begonnen. De ploeg krijgt morgen een groots onthaal in de heetgebakerde havenstad.
Het is vooral een succes voor trainer Didier Deschamps, die als aanvoerder de laatste hoofdprijs voor de club binnenhaalde. Hij won deze prijs zeven jaar geleden met Monaco.