De UEFA Cup heeft na jaren weer een aantrekkelijk deelnemersveld in de halve finale. Het toernooi lijkt het antwoord te hebben gevonden op de overval van de Champions League in 1999. Het belooft een mooie finale te worden.
Met Bayern, Zenit, Fiorentina en Rangers heeft de UEFA Cup dit seizoen zeker aan aanzien gewonnen. Vier clubs uit vier verschillende landen is in ieder geval al prettig. Vorig seizoen stonden er nog drie Spanjaarden in de halve finale.
Daarbij zijn drie van de vier clubs kampioen of koploper in eigen land en maken ze allemaal kans om volgend seizoen in de Champions League te spelen. Daarbij zijn er drie oud-winnaars van een Europese beker in de strijd. Kortom, het is een mooi kwartet en het belooft een mooie finale te worden in Manchester, dat zelf dan waarschijnlijk in de ban zal zijn van de finale van het andere toernooi in Moskou.
Bayern en Fiorentina hebben de UEFA Cup een dienst bewezen door vanaf de start van dit seizoen het toernooi zeer serieus te nemen. In de afgelopen jaren gooiden veel clubs met een zekere status er met de pet naar in dit toernooi. Er viel toch nauwelijks iets aan te verdienen.
Ter vergelijking: Sevilla haalde in de groepsronde van de Champions League meer geld op dan in de twee seizoenen waarin de club de UEFA Cup won tezamen. Maar Fiorentina kwam uit een diep dal en voorzitter Della Valle eiste van de trainers en de spelers een serieuze deelname aan dit toernooi, ondanks dat het krachten zou kosten voor de strijd om in de top 4 van de Serie A te komen. Na een aarzelende start heeft de paarse club de smaak te pakken. Een vijfde Europese finale lijkt in het verschiet voor de vereniging uit de mooiste stad van Europa. Van Bayern is de inzet iets begrijpelijker, want hoe anders dan het vorige mislukte seizoen compenseren door de UEFA Cup te winnen samen met een landstitel.
Ottmar Hitzfeld mag dat van zijn brede selectie eisen. De merkwaardige ontsnapping bij Getafe geeft aan dat de Duitse kampioen toch niet ijzersterk is en tactisch zelfs zwak. Nu toch die prijs pakken zou voor het zelfvertrouwen fantastisch zijn. De terugkeer in de Champions League kan niet beter worden gevierd en elke internationale hoofdprijs telt, zelfs in München. Daarbij kunnen Hitzfeld en Kahn met een zekere trots afscheid nemen. Glasgow Rangers en Zenit St. Petersburg zijn de trotse vertegenwoordigers van hun land.
Koploper of kampioen, veel maakt het niet uit. Ze zijn in de halve finale misschien outsider, maar ze hebben eigenlijk weinig te verliezen. De Rangers doen het verrassend goed en hebben dit seizoen toch Rode Ster, Stuttgart, Werder, Panathinaikos en Sporting beentje gelicht. Zenit is wellicht de sensatie door na AZ ook Villarreal, Olympique Marseille en Bayer Leverkusen van zich af te slaan.
Dick Advocaat heeft in korte tijd voor twee hoogtepunten (letterlijk) gezorgd in de clubgeschiedenis. In beide toernooien is nog een Nederlandse coach actief. Een kinderhand is gauw gevuld, maar hierop mag Nederland best wel trots zijn.
Rick Klein Verdijk