Barcelona heeft de kraker tegen Real Madrid met 1-0 gewonnen en mag zich weer de koploper van de Primera Division noemen. Ibrahimovic, die net was ingevallen, zorgde op een prachtige pass van Dani Alves voor het enige doelpunt.
De treffer was het absolute hoogtepunt van een duel dat vooral in het teken stond van de niet fitte sterren. Lionel Messi, Cristiano Ronaldo en Zlatan Ibrahimovic waren absoluut niet in goede toon en konden de wedstrijd niet de glans geven die het grote publiek er vooraf van had verwacht. Real speelde wel een zeer goede wedstrijd en kreeg eigenlijk te weinig, maar de gasten wisten niet te profiteren van een man meer situatie gedurende twintig minuten.
Na twintig minuten in de eerste helft had Cristiano Ronaldo de beste kans na een prachtige actie van Kaka. De Portugees schoot tegen Victor Valdes op. Real durfde iets meer druk te zetten en was eigenlijk de betere ploeg. Na rust nam Barcelona meer initiatief. Zlatan Ibrahimovic viel in voor onzichtbare Henry en zorgde meteen voor meer gevaar. Uit een voorzet van Dani Alves scoorde hij in de 55e minuut. Barcelona leek de wedstrijd te kunnen controleren maar een domme rode kaart voor Busquets zorgde voor een nieuwe situatie.
Kort daarna viel Benzema in voor Cristiano Ronaldo. De Fransman en Higuain zorgden wel voor druk op het doel van Barcelona, maar echte kansen leverde het offensief niet op. Abidal verzuimde met een snelle counter om de wedstrijd in het slot te gooien maar hij schoot voor het doel langs. In de slotfase miste Messi nog een zeer goede kans op 2-0. In die fase liep Lassane Diarra tegen een tweede gele kaart op, waardoor beide ploegen met evenveel spelers de wedstrijd afsloten.